Ik zit met mijn
dochters op de bank en we kijken het nieuws. Ze zijn allebei ziek thuis en ik
heb gemakshalve mijn joggingbroek ook lekker aan. Het nieuws gaat over
vrouwenbesnijdenis. Beelden van een jong meisje dat hartverscheurend huilt bij
de aanblik van een ouderwets scheermes. Ik hoor niet echt wat er gezegd wordt.
Ik gruwel en bedenk wat ik zal zeggen als de eerste vraag zich aandient. Dat
duurt niet lang….
“Mam, waar gaat
dit over?” vraagt mijn oudste met een hoger stemmetje dan normaal. Twee bange
ogen kijken me vol afgrijzen aan vanonder haar dekbed. Ik besluit haar de
ongecensureerde versie te geven, ze is tenslotte al bijna dertien. Ik vertel
over meisjes in Afrika, het wegsnijden van schaamlippen, roestige scheermessen
en tandloze dorpoudsten. Over dat die meisjes verschrikkelijk veel pijn lijden,
voor het leven verminkt zijn en het in het ergste geval niet eens overleven. Dit
lijkt genoeg informatie, volgens mij haakt ze af. Ze kijkt me aan met een nog
bleker gezicht dan vijf minuten geleden. Misschien toch iets te veel
informatie? Ik besluit maar weer eens te vertellen dat we blij mogen zijn, om
in een land als Nederland te wonen.
Wat vertel je
kinderen wel en wat niet? Hoe vertel je in Jip & Janneke taal over een
onderwerp wat het daglicht niet kan verdragen? Met een puber en een kleuter in
huis gebeurt het vaak, dat de kleuter dingen hoort, die niet voor haar bestemd
zijn. Dat ze vaak op precies de goeie momenten een krachtterm gebruikt,
ligt dan weer aan mij..
Later die ochtend
ga ik met de jongste in bad. Ze is bijna vijf en heeft van een vriendinnetje een
nieuw woord geleerd: Vagina. Ze roept het te pas en te onpas. Als ik haar vraag
of ze weet wat een vagina is, antwoordt ze ontkennend. Ik zeg dat, vagina een
ander woord is voor plasser. Dat dat anatomisch niet helemaal correct is, laat
ik voor nu even achterwege. Ze
moet er erg om lachen, net als om de woorden “tepels” en “billen” die ze ook
veel gebruikt. “Wat is een ander woord voor piemel dan?” vraagt ze. Omdat ik
geen zin heb om de halve dag het woord peeeenis te horen in huis, zeg ik dat
een piemel, gewoon een piemel is. Ze moet nog harder lachen en echoot heel hard
vaaaaaagina door de badkamer.
Later die dag komt
mijn oudste naar me toe. “Dat verhaal van vanmorgen, hè, dat is echt….” Ze
probeert gelaten een goede term te vinden voor een slecht onderwerp. “Tja
schat”, zeg ik. “Dat is nou echt een kutverhaal!” Opgelucht zie ik dat haar zusje net in slaap is gevallen.