zondag 11 oktober 2015

Warme gevoelens

Melancholisch denk ik terug aan mijn babykamer met bloemen in bruin en geel. Aan de oranje, gedessineerde gordijnen en de groene appeltjes op het nachthemd van mijn moeder. Warme gevoelens krijg ik van die kleurencombinaties en van groen met rood in het bijzonder. Sta ik weer op een rommelmarkt met iets in mijn handen en met mijn oudste hoofdschuddend naast me.

Noem het logica, omdat ik als nieuwe baby meteen geconfronteerd werd met deze kleuren, maar ik heb een enorm zwak voor oranje plastic en jaren70 beschuitbussen met bloemen. Jaren geleden spaarde ik een heel bont gekleurd Arcopal servies bij elkaar op allerlei rommelmarkten en bij de kringloop. Maar hoe leuk ook, de kopjes waren net te klein voor een goeie bak koffie en de oortjes pakte ook niet lekker vast. Ik zette het neer en keek ernaar. Met de komst van een nieuwe partner en nieuwe woonomgeving knikkerde ik al dat overtollig, hysterisch gekleurd spul de deur uit en bewaarde alleen de koekjestrommel, die nog steeds die functie heeft. Spijt als haren op mijn hoofd natuurlijk, over die weggegooide pracht uit 1967. Want wit bleek ineens zo wit. Tegenwoordig probeer ik de basis eenvoudig te houden, maar die regel vergeet ik vaak, als ik iets oud en gebloemd tegenkom.

Tot mijn zevende woonden ik in een huis, dat ik recent in het Openlucht museum tegenkwam. Donker en knus. Met plankjes voor het raam waar door elkaar verstrengelde hangplantjes op groeiden, met macramé  bevestigd aan het plafond. Die planten raakten zo vergroeid, dat je ze uit elkaar moest trekken als je naar de SRV man wilde zwaaien. Je kon er ook zo lekker aan de muur van kurk pulken. Jaren heb ik gedacht dat er met het ontwikkelen van mijn kleuterfoto’s iets mis was gegaan. Maar mijn jeugd vond plaats in een tijd, dat het normaal was dat iedereen rookte en inmiddels herken ik de blauwe gloed ook in albums van vriendinnen. Midden jaren ‘80 verhuisde we en golden er andere interieurwetten: oranje en kurk verdwenen voorgoed, samen met knus.

Gek ben ik dus, op die tijd en bijpassend interieurspul. Iets wat mijn oudste niet kan begrijpen. Ik leg haar uit, dat me dat aan vroeger doet denken, maar zij kijkt als twaalfjarige liever ver vooruit. Ik hoop dat als ze ouder is, dat ze ook melancholisch terugkijkt op haar huis van vroeger. Dat ze overloopt met warme gevoelens bij het zien van strak gestuukte, witte muren met washi tape en krijtbordverf, loungebanken en kisten op wielen. En dat zij later ook op markten struint, zoekend naar “oud”.


bron foto: pinterest